Is het tijdperk van de ‘Smart Home’ eindelijk aangebroken?

Koelkasten met een e-mailaccount, accu’s die een heel huis van stroom voorzien en slimme thermostaten die brand kunnen detecteren. Is het Smart Home-tijdperk nu eindelijk aangebroken? Een meerderheid van de 9.000 consumenten over de hele wereld die wij hierover hebben ondervraagd, denkt van wel. 77 procent is zelfs van mening dat een ‘Smart Home’ binnen tien jaar net zo gewoon zal zijn als een smartphone.

Uit de enquête blijkt ook een voorzichtig optimisme – evenals een gezonde dosis scepsis – onder consumenten, over een toekomst waarin we allemaal in Smart Homes wonen. Consumenten zijn van mening dat Smart Homes voordelen bieden. Zo denken ze dat ze meer tijd overhouden om door te brengen met hun geliefden (43%) of dat ze gewoon meer tijd voor zichzelf overhouden (39%). De meerderheid ziet lagere stroomkosten en lagere kosten voor verwarming en/of koeling als de belangrijkste voordelen.

Gelukkig blijken consumenten net zo bewust te zijn van de noodzaak om hun slimme huis goed te beveiligen. Ook hebben ze een aardig idee hoe dat zou moeten. De respondenten zijn er niet van overtuigd dat bestaande beveiligingsmethoden, zoals wachtwoorden en PIN-codes, voldoende bescherming bieden tegen de nieuwste dreigingen. Driekwart van de ondervraagde consumenten is bezorgd over het gebruik van wachtwoorden om hun Smart Home te beheren, terwijl ruim de helft de voorkeur geeft aan vingerafdrukherkenning als beveiligingsmethode. Maar ook andere biometrische technieken zijn populair. 46 procent ziet veel in stemherkenning, terwijl 42 procent zich in een Smart Home wel zou willen identificeren door middel van irisherkenning.

Zorgen over de beveiliging

Consumenten willen wel graag dat de beveiliging niet alleen effectief is maar ook gemakkelijk: 89 procent zou er de voorkeur aan geven om de beveiliging van hun Smart Home te regelen via één geïntegreerde beveiligingsoplossing. Die beveiliging blijkt echter ook een belangrijke bron van zorg, die consumenten ervan weerhoudt om helemaal te gaan voor Smart Homes. 67 procent van de ondervraagden maakt zich zorgen over het hacken van hun persoonlijke informatie door cybercriminelen. Dit sluit aan op bestaande zorgen rondom het Internet of Things (IoT). Smart Homes zijn dan ook een specifieke toepassing van het IoT. Ieder apparaat dat we verbinden met het internet en dat we gebruiken in ons Smart Home zorgt mogelijk voor nieuwe risico’s. Een hacker die zich via een slimme thermostaat of koelkast toegang weet te verschaffen, kan net zo goed schade aanrichten als een aanvaller die via phishing toegang krijgt tot een PC. Dit is een duidelijk signaal richting fabrikanten van Smart Home-apparatuur om effectieve beveiligingsmaatregelen in te bouwen, die consumenten beschermen en aanvallen tegenhouden. Alleen dan kunnen deze nieuwe IoT-apparaten ons allemaal meer gemak bieden en consumenten de zekerheid verschaffen dat zij deze ook veilig kunnen gebruiken.

Het Amerikaanse onderzoeksinstituut Atlantic Council heeft een uitgebreid rapport over dit onderwerp opgesteld, genaamd ‘Smart Homes and the Internet of Things’, dat kijkt naar de potentiële risico’s van Smart Homes, als de beveiliging niet van meet af aan is meegenomen.

Bekijk voor meer informatie over het beveiligen van de nieuwe generatie Smart Homes ook deze infographic.

Wim van Campen, VP Noord- en Oost-Europa voor Intel Security