Directeur Europol: ‘Leg het gebruik van zware encryptie aan banden’

encryptie

Het gebruik van zware encryptie staat de aanpak van criminaliteit in de weg en zou dan ook aan banden moeten worden gelegd. Dit stelt Rob Wainwright, directeur van Europol.

Wainwright deed zijn uitspraak woensdag 13 mei in het actualiteitenprogramma EenVandaag. De directeur van Europol stelt dat encryptie voor de Europese opsporingsinstantie een fors probleem is, aangezien het misdadigers de mogelijkheid geeft anoniem te blijven en hun communicatie te verhullen.

Wetgeving aanpassen

Wetgeving moet volgens Wainwright worden aangepast om aan nieuwe technieken. Zo mogen normale telefoongesprekken wel worden afgeluisterd, maar gesprekken via internet niet. Wainwright stelt dat dit verschil zou moeten verdwijnen.

Daarnaast zou het alleen mogelijk zijn versleutelde bestanden te laten ontsleutelen indien verdachten hieraan meewerken. Het ministerie van Veiligheid en Justitie werkt aan de wet ‘computercriminaliteit III’, waar onder andere een decryptiebevel onderdeel van is. Dit bevel moet justitie de mogelijkheid geven verdachten te dwingen versleutelde data te ontsleutelen.

Lees ook
Versleutelde smartphone Blackphone helpt gebruikers hun privacy te beschermen

Versleutelde smartphone Blackphone helpt gebruikers hun privacy te beschermen

Een nieuwe smartphone moet gebruikers helpen hun privacy beter te beschermen. De Blackphone is een smartphone die speciaal is ontworpen om alle vormen van communicatie extra te beveiligen en versleutelen. De telefoon moet voorkomen dat gebruikers door inlichtingendiensten als de NSA kunnen worden afgeluisterd. De Blackphone is ontwikkeld door Sil1

'Telecomproviders moesten van de Britten kiezen voor een zwakkere encryptie'

'Telecomproviders moesten van de Britten kiezen voor een zwakkere encryptie'

De eerste versie van het gsm-protocol, A5/1, is voorzien van een zwakkere encryptie dan oorspronkelijk de bedoeling was. De Britse geheime dienst GCHQ zou alle betrokken providers hiervoor flink onder druk hebben gezet. Dit stelt Peter van der Arend, die voor het Nederlandse PTT meewerkte aan het ontwerp van het protocol, in een interview met de1