‘Ongeldig verklaren van Safe Harbour verdrag bemoeilijkt uitbreiding bevoegdheden inlichtingendiensten’
Het ongeldig verklaren van het Safe Harbour verdrag door het Europees Hof van Justitie maakt het voor minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties moeilijker zijn plannen te realiseren om de bevoegdheden van inlichtingendiensten te vergroten.
Dit zegt Otto Volgenant van Boekx Advocaten tegenover NU.nl. Volgenant richt zich op mensenrechten. "Dit arrest gaat over uitwisseling van persoonlijke data naar de VS, én over het feit dat de geheime diensten toegang hebben tot die data. Mass surveillance is volgens het Hof in strijd met het grondrecht op privacy", stelt Volgenant. "Als het aan Minister Plasterk ligt, mag al het internetverkeer ongericht worden onderschept. Dat voorstel kan de prullenbak in. Het arrest van het Hof van vandaag maakt duidelijk dat dat niet kan.”
Voldoen aan dezelfde norm
Nico van Eijk, hoogleraar Informatierecht aan de Universiteit van Amsterdam en directeur van het Instituut voor Informatierecht (IVIR), onderschrijft het standpunt van Volgenant tegenover de nieuwswebsite. "Mijns inziens is de uitspraak inderdaad ook relevant voor het Europese en nationale debat inzake nationale veiligheidsdienten. Het is onvermijdelijk dat toezicht op nationale veiligheid aan dezelfde norm moet voldoen als nu door het Hof gesteld", zegt de hoogleraar. "De uitspraak is ook in lijn met al eerder uitgezette lijnen in de jurisprudentie van het Europese Hof voor de Rechten van de Men."
"Het arrest van het Hof maakt duidelijk dat massaal in de gaten houden van burgers niet kan", zegt Volgenant. "Ook de Nederlandse geheime diensten moeten rekening moet houden met de privacy van de burgers."